Wanneer je als hobby bierbrouwen hebt, dan heb je na elke brouwsessie een hoop bostel over: de granen waar de suikers uitgeweekt zijn om bier van te maken. De bostel wordt vaak als dierenvoer gebruikt of in de groene bak gegooid, maar je kunt er ook wat van bewaren om brood mee te bakken.

Ingrediënten

• 400 gram tarwemeel
• 225 gram bostel
• 200 ml bier
• 50 ml olijfolie
• 7 gram droge gist
• 2,5 gram zout

Voorbereiding

• Maal de bostel in de keukenmachine fijn, anders krijg je scherpe stukjes kaf in je brood, en dat eet minder fijn
• Hou het bier ’t liefst op kamertemperatuur, dan koelt het deeg niet zo af, en dat is beter voor het rijzen

Bereiding

• Doe de bostel, tarwemeel en zout in een mengkom, en meng goed door elkaar
• Voeg dan de gist, bier en olijfolie toe, en kneed een minuut of 10 tot een mooi deeg
• Dek de kom af, en laat op een warme plek anderhalf uur rijzen
• Druk de lucht eruit, “stretch and fold” (dus niet echt kneden), en vorm het tot een broodvorm. Laat nog een half uur rijzen. Heb je een broodblik, doe deze tweede rijs dan meteen in een ingevet broodblik.
• Verwarm de oven op 200C en bak in 55 minuten. Als het brood daarna bij erop tikken hol klinkt is het goed gaar.
• Laat het brood goed afkoelen. Als je een bakblik gebruikt, haal het hier dan uit en laat het op een rooster afkoelen, dan wordt ook de onderkant mooi.